Het gehucht Linchet

In het begin was dit gehucht een entiteit op zich, voor het opgenomen werd binnen Modave.
Onder het ‘Oude Regime’ wordt deze ‘heerlijkheid’ vanaf 1130 vernoemd als een enclave van het Prinsdom Stavelot-Malmédy, ingeklemd tussen het Prinsdom Luik en het Hertogdom Luxemburg.

Het gehucht bestaat uit twee kleine van elkaar losstaande groepjes woningen, hoger gelegen, in het midden van de weides en de velden. Tussen die twee groepen staat er een indrukwekkende vierkante hoeve met een hoektoren : de hoeve van de Abdij, horig aan de Abdij van Stavelot. Men komt er langs de zuidkant in via een portaal in de vorm van een ellipsboog, waarop een dekplaat waarin het jaar 1710 gebeiteld staat. Men treft er de wapenschilden van François-Antoine de Lorraine aan, met mijter, kruis en degen.

Met uitzondering van twee bakstenen huizen werden alle gebouwen in het gehucht opgetrokken uit kalksteen. Het merendeel dateert uit de 18de eeuw. Vroeger had het dorp een kerk, achter de hoeve van de Abdij. Aan de rand van het gehucht vindt men « la Ferme des Trois Maisons » (de Hoeve van de Drie Huizen) terug, genoemd naar de drie heerschappijen die werden samengevoegd. In de 19de eeuw bestond het dorp, buiten de hoeves, uit wel 16 huizen voor 121 inwoners. Tijdens de 20ste eeuw werden dat er geleidelijk minder.